09/06/2024
Ik heb een paar keer aangestuurd op een ontmoeting met de onlangs overleden journalist, publicist, musicus en filmmaker Mohamed-El-Fers. Voor mijn laatste roman, ‘Op alles wat ik ben’ kon ik dankbaar putten uit zijn boek ‘Lourdes aan de Amstel’ (2014). Hierin zoomt El-Fers in op de historische context rondom Ida Peerdeman, een zieneres die in rooms-katholieke kring bekendheid verwierf vanwege haar Mariaverschijningen in Amsterdam. Door persoonlijke omstandigheden heb ik pas onlangs kennis genomen van zijn overlijden, enkele weken nadat mijn roman uitkwam.
Schrijver, journalist en televisiemaker René Zwaap was bevriend met El-Fers en werkte met hem samen. Hij schreef naar aanleiding van diens dood in Argus al een uitgebreid stuk over de “creatieve duizendpoot” – een understatement. Volgens Zwaap was heel zijn leven “eigenlijk een langgerekte, wonderlijke, surrealistische Fellini-film, waarbij zijn vrienden het voorrecht hadden daar toeschouwer van te zijn”.
Begin jaren negentig maakte ik kennis met de muziekjournalist El-Fers, toen ik zijn biografie over Jacques Brel las. Toen in 2017 mijn roman ‘Het Siamees moment’ verscheen, waarin een ontmoeting tussen de hoofdpersoon en Brels pianist Jouannest en zangeres Juliette Gréco plaatsvindt, vond ik het tijd om contact met El-Fers te zoeken. Naast mijn schrijf- en vertaalwerk was ik actief met muziektheater, ook ik diende meerdere muzen. Samen met televisiemaker en Brel-zanger Michael Abspoel deed ik een optreden in het Werftheater in Utrecht, een uitgelezen moment om El-Fers uit te nodigen, die ooit in een rooms-katholiek jongensinternaat onder de rook van Utrecht opgroeide. Hij was graag gekomen, liet hij mij weten, maar zat in het buitenland. Kort erop is hij ziek geworden. Ik heb hem later een exemplaar van Het Siamees moment toegestuurd dat hij, ondanks de gevolgen van een hersenbloeding, las en waarmee hij mij feliciteerde.
Tijdens het voorwerk aan mijn laatste roman kwam hij, zoals gezegd, opnieuw op mijn pad – en hoe! Ik las zijn boek over de Mariaverschijningen en bekeek de unieke opnames van zieneres Peerdeman, die MokumTV in de Mariakapel in Amsterdam maakte. Daarnaast las ik het inmiddels beroemde interview dat El-Fers kort voor haar dood maakte. Hoewel me bij de totstandkoming van mijn roman vooral een intiem verhaal voor ogen stond dat berustte op fictie en dat recht deed aan de personages en thematiek, wilde ik wél dat de historische feiten klopten. Ik verdiepte me in de Mariadevotie, die ik in mijn jeugd slechts van een afstandje had meegemaakt en die door El-Fers zo treffend en vaak ronduit smakelijk werd beschreven. Ik ontdekte vervolgens dat er directe, persoonlijke verbanden bestonden tussen het wereldje van zeer conservatieve katholieken en de kring rond Thierry Baudet. Geschiedvervalsing door een populistische partijleider met een bachelor geschiedenis, een schrijven hierover door een historica aan de Universiteit van Amsterdam, een partijkader dat tijdens gastcolleges op een landgoed aan de lippen hangt van de ‘fluisteraar van Baudet’, een aartsconservatieve katholiek en zelfbenoemde historicus die komt vertellen over de christelijke identiteit van Europa, ofwel de geneugten van het reactionaire gedachtegoed: hoe bedenk je het allemaal. Zonder het journalistieke werk van El-Fers had het me aanzienlijk meer tijd gekost om de gelaagdheid ervan te begrijpen. Om het plaatje compleet te krijgen verdiepte ik me vervolgens in het radicaal linkse gedachtegoed. Ik las ooggetuigenverslagen van partijpolitieke bijeenkomsten, inside-informatie over krakersrellen, politieke verlossers, in Jemen opgeleide radicalen die later beleidsadviseurs en partijstrategen werden. Kortom, alles wat zo tekenend was voor de jaren tachtig, een tijd die doordesemd was van polarisatie en die zijn schaduwen tot in onze tijd vooruit wierp. Ik beschikte over een complete historische context, waaruit mijn verhaal over een door een geloofsidolate dominante moeder geteisterde adolescent ontstond.
Een persoonlijke ontmoeting met Mohamed El-Fers is er nooit van gekomen. Dat is jammer, alleen al omdat ik had hem graag had verklapt dat mijn priesteroom dezelfde was als de door hem in ‘Lourdes aan de Amstel’ kleurrijk beschreven pater Brouwer met zijn eigen Mariacommité (detail: El-Fers zelf gebruikte o.a. het pseudoniem Henk M. Brouwer).
Ik ben El-Fers dankbaar dat hij schreef over onderwerpen die niet onmiddellijke actualiteit hebben, maar van belang zijn om te zien hoe complexe structuren in elkaar zitten. Én voor zijn bemoedigende reacties op mijn schrijven – in mijn laatste boek zit onmiskenbaar een stukje van zijn DNA verstopt.